Coronaprik bouwt immuungeheugen op in organen

Een miniem prikje in je bovenarm en je bent min of meer beschermd tegen de coronaziekte. Dat komt doordat ons afweersysteem antilichamen aanmaakt die meehelpen om korte metten te maken met het virus. Daarnaast maakt het afweersysteem geheugencellen aan die deze ziekteverwekker herkennen als die weer eens langskomt. Die geheugencellen blijken vooral in de diverse organen te resideren en veel minder in het bloed, ontdekten onderzoeksters. Lees verder

Witte bloedcellen nodig voor hersenontwikkeling (muisjes)

T-helpercellen in muizenhersens

De T-helpercellen in muizenhersens. De gliacellen zijn wit (afb: James Dooley, Brabahaminstituut)

Of er afweercellen, witte bloedlichaampjes, in de hersens aanwezig zijn is lang een punt van wetenschappelijke discussie geweest. En als dat zo is, wat doen die daar dan? Nu lijkt het er op dat onderzoekers uit het VK en Leuven gespecialiseerde witte bloedlichaampjes in de hersens van muisjes en mensen hebben gevonden. Volgens hen zijn die in ieder geval bij muisjes wezenlijk voor de normale ontwikkeling van de hersens. Lees verder

Testosteron, of eigenlijk IL-33, zou mannen beschermen tegen MS

Interleukine-33 beschermt wellicht tegen MS en andere autoimmuunziektes

De molecuulstructuur van interleukine-33 (afb: Wikiedia Commons)

Mannen hebben veel minder vaak multipele sclerose dan vrouwen. Dat zou komen door het mannelijk hormoon testosteron. Onderzoekers hebben nu ontdekt hoe die bescherming in elkaar steekt. Testosteron zorgt er voor dat er een beschermingsmolecuul wordt aangemaakt dat mannen tegen die verwoestende zenuwziekte beschermt. Bij MS-muisjes die met dat molecuul, interleukine-33, werden behandeld verdwenen de symptomen van de ziekte, maar we zullen maar niet al te snel hoera roepen. Het staat nog lang niet vast of dat bij mensen ook het geval zal zijn. Lees verder

Op hiv testen met een dvd-speler

Aan het Koninklijk technologisch instituut (KTH) in Stockholm is een oude dvd-speler omgebouwd tot een laserrastermicroscoop met een oplossend vermogen van 1 micrometer (eenduizendste millimeter), waarmee bloed geanalyseerd en cellen in beeld gebracht kunnen worden. Het is mogelijk met dit Lab-op-dvd in een paar minuten een hiv-test uit te voeren. Normaal gesproken worden voor dat soort tests cytometers gebruikt, die al gauw 20 000 euro kosten. De omgebouwde dvd-speler kost nog geen 200 euro. Daarmee komt het testen op, onder meer, hiv binnen handbereik van een gewone huisarts terwijl de patiënt snel de uitslag krijgt.
De analyseschijven (A) hebben dezelfde afmetingen als een dvd, maar zijn voorzien van 'buisjes' waar de (bloed)monsters in worden gespoten (B). Rechts het resultaat: de T-helpercellen in beeld.
Om te bewijzen dat de ‘dvd-cytometer’ werkte werden T-helpercellen (voor de fijnproevers CD4+), een type witte bloedlichaampjes, zichtbaar gemaakt met de dvd-cytometer. Deze witte bloedlichaampjes zijn het doelwit van het humane immunodeficiëntie-virus, beter bekend als hiv, waardoor het afweersysteem aangetast wordt. Om te kijken of te patiënt besmet is met hiv wordt gekeken naar de hoeveelheid T-helpercellen in het bloed. De patiënt wordt geprikt en het bloed in de buisjes gedaan (zie twee foto’s links op het plaatje) . De ‘dvd’ gaat draaien waardoor alles behalve de T-helpercellen (vanwege koppeling aan een antilichaam) naar de buitenkant van de ‘dvd’ wordt geslingerd. Het rechterplaatje laat T-helpercellen zien. De hoeveelheid van dit type witte bloedlichaampjes geeft aan of een patiënt besmet is met hiv of niet: veel cellen als de patiënt gezond is maar net een infectie echter de rug heeft, weinig als hij/zij last zou kunnen hebben van immunodeficiëntie mogelijk veroorzaakt door hiv.
Het Franse webblad futura-sciences meldt dat de dvd-cytometer niet heel betrouwbaar is en niet slaagt voor de klassieke tests, maar dat het apparaat toch goede diensten kan bewijzen in, vooral, Afrika, waar jaarlijks 2 miljoen mensen sterven aan aids en 2,5 miljoen mensen besmet raken door het beruchte virus. Dat komt vooral door het ontbreken van medicijnen, maar voor een deel ook door gebrek aan apparatuur om hiv mee op te sporen.
Bronnen: KTH, Futura-Sciences (foto KTH)