Tweetaligheid toch weer niet zo’n voordeel?

Fries servetjeHet veronderstelde cognitieve voordeel van tweetaligheid valt wel mee, blijkt uit promotieonderzoek van Evelyn Bosma. Tegelijkertijd is er ook geen negatieve invloed van tweetaligheid op de ontwikkeling van kinderen. Bosma promoveert maandag 2 oktober aan de Universiteit van Amsterdam en was gedurende haar onderzoek verbonden aan de Fryske Akademy. Kortom: het vriest niet, maar erg hard dooien doet het ook niet.
Voor haar onderzoek heeft zij in drie opeenvolgende jaren bij leerlingen van 5 tot 8 jaar talige en cognitieve testen afgenomen. Aan de hand daarvan heeft ze nieuwe verbanden gelegd om de wederzijdse beïnvloeding van cognitieve en taalontwikkeling zichtbaar te maken.

Het onderzoek van Bosma nuanceert de opvattingen over de cognitieve voordelen van meertaligheid, al zijn er ook diverse studies die weinig of geen effect hebben kunnen meten. Uit haar tests blijkt dat vooral jonge tweetalige kinderen een kleine voorsprong hebben op cognitief gebied. Maar van die voorsprong is vanaf groep 3, wanneer kinderen leren lezen en schrijven, niets meer terug te zien. Bosma concludeert dat het veronderstelde cognitieve voordeel van tweetaligheid dus wel wat meevalt, maar stelt tegelijk dat er ook geen sprake is van negatieve invloed van tweetaligheid op de ontwikkeling van kinderen.

‘Tweetalige grammatica’

Bosma toont aan dat Fries/Nederlandse tweetalige kinderen gebruik maken van een ‘tweetalige grammatica’. Het Fries en het Nederlands delen een heleboel woorden die qua vorm en betekenis op elkaar lijken, woorden zoals ‘hân’ en ‘hand’ en ‘amer’ en ‘emmer’. Sommige van die woorden hebben een regel waarmee je het Fries eenvoudig om kunt zetten naar het Nederlands. Behalve ‘hân’ en ‘hand’ heb je namelijk ook ‘lân’ en ‘land’ en ‘strân’ en ‘strand’.
Bosma laat in haar proefschrift zien dat tweetalige kinderen deze regelmatigheden leren als ze ouder worden en dat ze hierbij gebruik maken van cognitieve vaardigheden die ook een rol spelen bij het leren van grammatica.

Met haar onderzoek won Bosma afgelopen voorjaar de eerste Wetenschapsprijs Campus Fryslân, een aanmoedigingsprijs van de Rijksuniversiteit Groningen/Campus Fryslân voor jonge en actieve wetenschappers. Zij werkt momenteel als onderzoeker aan de Universiteit Leiden binnen het AThEME-project dat meertaligheid in Europa bestudeert.

Bron: de UvA

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.