Spelen T-cellen een rol bij Alzheimer en co?

Fingolimod

Medicijn voor Alzheimer?

Tauknopen vormen zich bij de ziekte van Alzheimer en andere hersenziektes. Onderzoekers denken nu ontdekt te hebben dat bepaalde afweercellen (T-cellen) een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van die tauknopen. De ontdekking zou weer hoop bieden op de ontwikkeling van nieuwe behandelmethodes, zeggen onderzoekers dan meteen weer.
Gliacellen zijn hersencellen die onder meer ook voor de afweer in de hersens zorgen. De activiteit van die hersenafweercellen zou ook T-cellen naar de hersens lokken. Die zouden de oorzaak (kunnen) zijn van hersendegeneratie. Onderzoek bij muisjes met een vorm van Alzheimer zou hebben uitgewezen dat het tegenhouden van de T-cellen op weg naar de hersens de achteruitgang zou kunnen stoppen.
“Dit zou de weg naar de ontwikkeling van behandelingen voor Alzheimer en aanverwante ziektes kunnen veranderen”, zegt David Holtzman van de universiteit van Washington. “Voor dit onderzoek wisten we dat het aantal T-cellen toenam in hersens van mensen met Alzheimer en andere tauziektes, maar we wisten niet zeker dat ze de hersenachteruitgang veroorzaakten. Er zijn al medicijnen die zich richten op T-cellen, zoals Fingolimod dat bij MS wordt gebruikt.” Hij denkt dat die medicijnen beproefd zouden kunnen worden in klinische proeven met Alzheimerpatiënten als in dierproeven is bewezen dat die bescherming bieden.

Beta-amyloïdeophopingen vormen het andere ziektekenmerk van Alzheimer. Die kunnen zich tientallen jaren lamg opbouwen zonder dat ze kwaad doen, maar op een gegeven moment ‘verknopen’ tau-eiwitten zich en dan gaan de zaken voor de patiënt snel achteruit. De hersens krimpen en er ontstaan gaten met alle gevolgen voor de patiënt van dien.

Veel T-cellen

Medeonderzoekster en hoofdauteur Xiaoying Chen vroeg zich af wat de rol van de afweercellen is in dit proces. Ze bestudeerde dat in muisjes met een vorm van Alzheimer. De onderzoekers vonden veel meer T-cellen in de hersens van muisjes met tauknopen dan in muisjes met amyloïdeplaques, vooral op plaatsen waar zich veel gliacellen bevonden. T-cellen bevonden zich vooral op plaatsen met veel tauknopen in de hersens van overleden Alzheimerpatiënten.

De glia- en T-cellen werkten samen om ontstekingen te creëren die voorafgaan aan de hersenschade. Daarbij produceren gliacellen stoffen die T-cellen aantrekken. Die zorgen er op hun beurt weer voor dat de gliacellen ernstigere ontstekingen veroorzaken.
Als de onderzoekers of de glia- of de T-cellen verwijderden dan werd die giftige ‘samenspanning’ doorbroken en werd de schade aan de hersens sterk beperkt met een navenante verbetering van taken die de Alzheiemermuisjes uitvoerden als nestbouw of zich dingen herinneren.

Bron: Science Daily

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.