Plastisch chirurgen adverteren via sociale media

Er mag geen vlekje aan zitten Patricia Paay doet er niet moeilijk over dat ze diverse malen is verbouwd om er ‘jong en fruitig’ te blijven uitzien. Botox heeft ze nooit gebruikt, verklaarde ze onlangs trots op het radioprogramma Kunststof (is ook daar de bodem weg?).
Ik zal vast tegen een hoop schenen schoppen, maar plastische chirurgen doen voor het overgrote deel nutteloos werk. Borsten vergroten/verkleinen, neuzen rechtzetten of bijpunten, overtollige vetlagen wegslurpen, je zegt het maar. Er mag geen vlekje aan zitten. Het zal dan ook niet verbazen dat deze categorie snijders de sociale media zien als een prachtig platform om hun, grotendeels, onnutte werkzaamheden te etaleren. Sociale media, ik trap nu weer anderen (?) tegen de schenen, bestaan voor het overgrote deel uit gebakken lucht en egodriften.
Dat past mooi bij elkaar, maar wie heeft de moeite genomen om dat uit te zoeken? Dat heeft, nota bene, een fatsoenlijk instituut van de UCLA (de universiteit van Californië in Los Angeles) gedaan. Ja, ja, wetenschap heeft ook zo zijn triviale kantjes onder het mom (niet eens zo slecht) dat we moeten weten hoe de wereld in elkaar steekt.
Uit die studie blijkt dat meer dan de helft van de plastisch chirurgen gebruik maakt van sociale media om zichzelf te etaleren.
De studie is gehouden onder leden van de Amerikaanse vereniging van plastische chirurgie (ASPS). En om nog even flauw te blijven: ASPS is ook de afko voor antisociale persoonlijkheidsstoornis. 500 van de 5000 ASPS-leden vulden het vragenformulier in.
“Sociale media zijn bij uitstek geschikt om voorlichting te geven en direct te communiceren met patiënten en collega’s”, laat onderzoeker Reza Jarrahy weten. Hij is ASPS-lid en en als vice-hoofd communicatie verbonden aan de Amerikaanse vereniging van maxillofaciale chirurgie. Plastisch chirurgen zijn volgens Yarrahy de pioniers op dit terrein en effenen het pad voor het gebruik van sociale media voor andere artsen én patiënten, stelt hij trots.

Bron: Eurekalert (foto ASPS-stek)