Bestrijdingsmiddelen: vloek of zegen?

Melitaea cinxia (veldparelmoervlinder

Veldparelmoervlinder (Melitaea cinxia) (afb: WikiMedia Commons)

Een onderzoek van de universiteit van Helsinki heeft aangetoond dat bestrijdings-middelen een negatieve invloed kunnen hebben op niet-doelsoorten die in een agrarische omgeving leven. De effecten varieerden echter sterk, afhankelijk van de geteste stof. Intensieve landbouw is een van de belangrijkste factoren die bijdragen aan biodiversiteitsverlies. Lees verder

Neonicotinoïden nog slechter voor biodiversiteit als gevreesd

Lygocoris pabulinus_(Miridae) groene appelwants

De groen appelwants, lid van de uitgebreide familie van de blindwantsen (afb: WikiMedia Commons)

Er is hier in Europa al heel wat afgesteggeld over de neonicotinoïden. Het insecticide acetamiprid is ruim 11 000 keer giftiger voor bepaalde insecten dan de vereiste gevoeligheidstesten, bijvoorbeeld op honingbijen, suggereren,  blijkt uit een onderzoek van de universiteit Hohenheim in Stuttgart, waarin de ernstige gevolgen van dit insecticide voor niet-doelwitinsecten zijn gevonden. De focus van hun onderzoek lag op ‘zachte’ insecten, een ecologisch belangrijke insectengroep die bijzonder gevoelig is voor insecticiden.
Zelfs kleine hoeveelheden – zoals die veroorzaakt door drift of oppervlakteverontreiniging – leiden tot een enorme afname van deze gevoelige dieren. Volgens de onderzoekers moet de huidige risicobeoordeling van pesticiden in Europa dringend worden hervormd om langetermijnrisico’s voor insectenpopulaties en biodiversiteit uit te sluiten. Lees verder